Toiletadviezen

Het Kruispunt heeft enkele tips met betrekking tot het toiletbezoek opgesteld die bijdragen aan het tegengaan van plas- en ontlastingsproblemen.

Plassen:

  1. Ga goed rechtop op het toilet zitten: plaats uw voeten op de grond en laat uw handen rusten op uw bovenbenen. Dit geldt ook voor mannen!
  2. Ontspan de bekkenbodemspieren en plas in één keer rustig en volledig uit. Pers niet mee! De blaas kan dit prima zelf. Mee persen helpt niet, dit kan zelfs de plasbuis een beetje dichtdrukken.
  3. Als u klaar bent met plassen en er geen urine meer komt, dan kantelt u rustig uw bekken een aantal keer voor- en achterover. Op deze manier kunnen de laatste restjes urine ook uit de blaas naar buiten stromen en uitgeplast worden.
  4. Vervolgens rondt u het plassen af door de bekkenbodemspieren even goed aan te spannen en weer te ontspannen. Pas daarna staat u op.
  5. Als u aandrang voelt om te plassen maar de urine moeilijk of niet komt, dan kunt u het volgende doen: span de bekkenbodemspieren een aantal keer rustig aan en laat weer los. Meestal komt de plasreflex dan goed op gang. Ook kunt u proberen de bekken een aantal maal te kantelen. Ga NIET persen als de urine niet wil komen.
  6. Ga NOOIT “stippeltjes of streepjes” plassen. Dit is geen goede oefening en kan leiden tot het achterblijven van urine in de blaas waardoor urineweginfecties kunnen ontstaan.

Ontlasten:

  1. Drink voldoende (1,5 tot 2 liter per dag) en kies voor een vezelrijke voeding. Hierdoor blijft de ontlasting zacht genoeg waardoor u de ontlasting zonder veel moeite kwijtraakt.
  2. Zodra u drang tot ontlasting voelt, gaat u direct naar het toilet. Houd uw ontlasting niet op. De aandrang verdwijnt dan en komt pas veel later weer terug. Er wordt dan meer vocht aan uw ontlasting onttrokken waardoor het naar de wc gaan moeilijker wordt.
  3. Ga rechtop op het toilet zitten met de voeten op de grond. Net als bij het plassen dienen de voeten plat op de grond te staan. Gebruik eventueel een voetenbankje. Zorg dat uw broek en ondergoed helemaal tot de enkels naar beneden zijn gedaan. Vervolgens maakt u de rug iets bol.
  4. Pers rustig terwijl u uitademt en de buik bol maakt.
  5. Richt de druk naar de anus.
  6. Mocht de ontlasting niet komen, dan ademt u een aantal keer rustig in en uit. Hierbij beweegt u de buik goed mee (buikademhaling).
  7. Als de ontlasting dan nog niet komt, dan kantelt u 10 keer het bekken achterover. Hierbij ademt u rustig uit.
  8. Komt de ontlasting niet terwijl u toch behoorlijke drang heeft? Kom dan in beweging en ga ca. 10 minuten intensief bewegen (fietsen, (hard)lopen, etc.). Ga hierna weer naar het toilet en probeer opnieuw op de juiste manier ontlasting te krijgen.